Eijsden, Meschermolen

(watermolen 46 op de Molenkaart Limburg)

De Meschermolen is de eerste watermolen op de Voer in Nederland. De Voer ontspringt in de Belgische Voerstreek en heeft een groot verhang. Van oudsher was de Voer een rivier met vele watermolens; in de 19de eeuw zes watermolen op Nederlands grondgebied en over een afstand van ongeveer 3,5 km. Tarwe was een graan dat in die regio veel verbouwd werd, oorzaak dat elke watermolen daar minstens één koppel speciale tarwestenen (Franse stenen)  voor had.

De molen, gebouwd omstreeks 1699, maakt deel uit van een grote Limburgse hoeve, het (bovenslag) waterrad is inpandig. Mede doordat de molentak vandaag de dag droog ligt verraden maar weinig kenmerken dat het hier een watermolen betreft.

Veel is er over de eerste eeuwen van de molen niet bekend, pas vanaf begin 19de eeuw is de Belgische familie d'Ancion eigenaar. Deze adellijke familie heeft de molen door overerving in (gedeeld) bezit gehad tot 1875. Vanaf 1875 tot aan 1920 zijn er meerdere eigenaren geweest, veelal afkomstig uit België. In dat jaar ging het eigendom over naar de familie Lippertz die de molen tot op heden nog in hun bezit heeft.

In het begin van de jaren ‘50 werd de watermolen stilgelegd. In het dorp was een maalderij met elektrische hamermolen die de werkzaamheden (produceren van veevoer) van de Meschermolen overnam. Eind vorige eeuw is de molen volledig gerestaureerd en maalvaardig gemaakt.

Halverwege de vorige eeuw was de molen met een houten middenslagrad uitgerust. Een groot rad met rechte houten schoepen. Ook het gangwerk was in hout uitgevoerd. Naast de maalsluis bevond zich een lossluis. Daar waar de molentak zich afsplitste van de Voer bevond zich een verdeelwerk met twee lossluizen. Eind vorige eeuw werd het houten middenslagrad vervangen door een ijzeren bovenslagrad met ijzeren kanjel en bodemklep. Dan wordt ook het houten gangwerk en maalstoel vervangen door een ijzeren versie. Een ingrijpende verbouwing want door wisseling van middenslag naar bovenslag veranderde de draairichting. De maalkoppels kregen een andere draairichting en daardoor moest ook het scherpsel aangepast worden. De molenas kwam lager te liggen, er kwam een kelder waarin de aandrijving werd aangebracht.

Op de maalstoel liggen drie steenkoppels rond het spoorwiel. Twee koppels met 17-der stenen en één koppel met 15-der stenen wat vooral gebruikt werd wanneer er geringe waterkracht voorhanden was.

De molen heeft ook een graanreiniger (verbeterde wanmolen) en een luiwerk dat via drijfriemen en poelies worden aangedreven. Alle werktuigen werken alleen op waterkracht.

Kenmerken van de molen:

  • Watermolen met een waterrad (bovenslag), ingebouwd in de molen

  • Overige kenmerken: uit baksteen opgebouwd molenhuis, onderdeel van de hoeve

  • Wateraanvoer: De Voer, molentak

  • Sluiswerk: maalsluis, bediening onbekend

  • Rad: ijzer diameter 3,42 m

  • Gangwerk: ijzer, onderaandrijving

  • Overbrengingsverhouding: onbekend

  • Maalkoppel: 3 (15-der kunststeen, 17-der Franse steen en 17-der steensoort onbekend)

  • Overige werktuigen: graanreiniger, riemluiwerk

Voor meer informatie bezoek onderstaande websites:
https://limburgserfgoednet.nl/
https://www.molendatabase.nl/molens/ten-bruggencate-nr-01141?paging=true
https://www.allemolens.nl/

of bezoek de website van de Meschermolen: https://www.meschermolen.nl/

Wil je de molen bezoeken; raadpleeg dan altijd van tevoren de openingstijden op bovenstaande websites.

Adres: Meschermolen 1 6245 KD Eijsden
N: 50.76507, O: 5.72642